Vraag 1

Van een bedrijf is het volgende gegeven:

  • Het bedrijf verkoopt haar product voor een prijs van € 75.

  • Het bedrijf kan maximaal 1.000 producten produceren per maand.

a

Neem onderstaande tabel over en vul in:

Afzet Omzet / Totale opbrengst
0   ….
100   ….
500   ….
1.000   ….

b

Stel een formule op om de totale opbrengst uit te rekenen bij elke mogelijke afzet.

c

Teken de TO-lijn in een grafiek.

Vraag 2

Van een onderneming is de totale opbrengstenlijn getekend:

a

Bekijk bovenstaande afbeelding.
Welke prijs vraagt het bedrijf voor haar product?

b

Stel een formule op om de totale opbrengst uit te rekenen bij elke mogelijke afzet.

c

Bereken de omzet bij een afzet van:

  1. 250 producten
  2. 800 producten
d

Neem de grafiek over in je schrift en zet bovenstaande punten (A) en (B) in de grafiek.

Vraag 1

a
Afzet Omzet / Totale opbrengst
0 € 0
100 € 7.500
500 € 37.500
1.000 € 75.000
b

TO = 75Q

c

Vraag 2

a

Een voorbeeld van een juiste berekening:

  • Bij 200 producten verdient het bedrijf € 500
    ⇒ dat is een prijs van (500 / 200) € 2,50 per product 
  • Bij 1.000 producten verdient het bedrijf € 2.500
    ⇒ dat is een prijs van (2.500 / 1.000) € 2,50 per product 
b

TO = 2,5Q

c

Dat is:

  1. Bij 250 producten: 250 × € 2,50 = € 625
  2. Bij 800 producten: 800 × € 2,50 = € 2.000
d
print