Er zijn, zélfs bij volledige bezetting / maximale productie, onvoldoende arbeidsplaatsen om iedereen uit de beroepsbevolking een baan te verschaffen.
Enkele belangrijke oorzaken zijn:
- hogere arbeidsproductiviteit door:
- vervanging van arbeid door kapitaal (mechanisering / automatisering)
- verbeterde productiemethoden
- verplaatsing van productie naar het buitenland.
Om deze hardnekkige vorm van werkloosheid op te lossen, moet gedacht worden aan:
- Op lange termijn moet de overheid ervoor zorgen dat het investeringsklimaat niet verslechterd.
- Op korte termijn moeten maatregelen genomen worden om het beschikbare werk beter te verdelen over de beroepsbevolking. Hierbij kan gedacht worden aan:
- VUT; ouderen eerder laten stoppen met werken
- Stimuleren van deeltijdwerk
- ATV; een volle baan terugbrengen in uren (bijvoorbeeld van 40 uur per week naar 36 uur per week)
Van een land zijn de volgende gegevens bekend:
- de productiecapaciteit bedraagt € 530 mld.
- de arbeidsproductiviteit bedraagt € 100.000
- de omvang van de beroepsbevolking is 5,8 mln. personen
Wanneer in dit land de productiecapaciteit volledig benut wordt, bedraagt de werkgelegenheid (530 mld : 100.000 =) 5,3 mln. personen.
Dat wil zeggen dat er bij maximale productie nog steeds 500.000 personen (5,8 mln – 5,3 mln) werkloos zijn.
Dat noemen we (kwantitatieve) structurele werkloosheid.