In een land heeft de economische ontwikkeling van de laatste jaren ertoe geleid dat de collectieve sector een klein overschot heeft. De regering stelt voor dit overschot in te zetten voor een inkomensverbetering van de burgers. Er worden twee opties bekeken: een lagere marginale belastingdruk (optie A) of hogere uitkeringen (optie B). Om de effecten van beide opties te analyseren, wordt het onderstaande model gebruikt.
Bij optie A wordt gekozen voor een verlaging van de marginale belastingquote met 1 procentpunt van 0,25 tot 0,24.
Bij optie B wordt gekozen voor een verhoging van de gemiddelde uitkering met € 1.125.
De collectieve sector bestaat uit de centrale overheid en een aparte sector ‘sociale verzekeringen’. De invloed van het buitenland is buiten beschouwing gelaten.
Verder is gegeven:
u = 20 | u = gemiddelde uitkering per persoon (× € 1.000) |
Aa = 5 | Aa = beroepsbevolking (miljoen personen) |
Ao = 3 | Ao = overige uitkeringsgerechtigden (miljoen personen) |
apt = 100 | apt = arbeidsproductiviteit (× € 1.000) |
- Alle gegevens luiden in miljarden euro’s, tenzij anders is vermeld.
- In de uitgangssituatie bedraagt het nationaal inkomen € 462,5 miljard en heeft de collectieve sector een overschot van € 0,5 miljard.
- Bij uitvoering van optie A stijgt het evenwichtsinkomen met € 5,2 miljard.
- Bij uitvoering van optie B stijgt het evenwichtsinkomen eveneens met € 5,2 miljard.
1 | Welke waarde heeft in dit model de marginale spaarquote van de uitkeringsgerechtigden? Verklaar het antwoord met behulp van het model. |
2 | Toon met behulp van een berekening aan dat de gemiddelde belastingdruk met méér dan 1 procentpunt zal dalen als optie A wordt uitgevoerd. |
De minister van Sociale Zaken is een groot voorstander van optie B. Hij ziet in deze optie ook een mogelijkheid te komen tot een meer rechtvaardige personele inkomensverdeling in dit land.
De minister van Financiën vindt optie B niet aanvaardbaar. Hij stelt: “Als we optie B uitvoeren, wordt het saldo van de collectieve sector negatief.”
3 | Wat verstaat de minister van Sociale Zaken blijkbaar, indien optie B wordt uitgevoerd, onder een meer rechtvaardige personele inkomensverdeling in dit land? Licht het antwoord toe. |
4 | Is de stelling van de minister van Financiën juist? Verklaar het antwoord met behulp van een berekening. |