Opgave 2
a |
C Bewering I en II zijn beiden waar. |
b |
In 2019 bedroeg de staatsschuld van Japan ¥ 1.065.000.000.000.000 Wat was de omvang van het BBP van Japan in 2019? A ¥ 426.000.000.000.000 |
c |
C Bewering I en II zijn beiden waar. |
Opgave 3
In 2010 bedraagt de staatsschuld van een land € 500 mld.
In dat jaar voldoet het land nog niet helemaal aan de EMU regels betreffende de staatsschuldquote. De staatsschuldquote bedraagt 61%
In 2011 groeit de economie van dit land met 2,4%.
Onderstaande grafieken geven een overzicht van de inkomsten en uitgaven van de overheid in 2011.
a |
Begrotingstekort = 129,6 – 150,1 = 20,5 mld euro |
b |
Financieringssaldo = 20,5 – 24,4 = 3,9 mld. euro overschot. Dus een afname van de schuld. |
c |
BBP 2010: 500/61*100 = € 819,7 mld. Staatsschuld 2011: 500 – 3,9 = € 496,1 mld. Staatsschuldquote: 496,1/8393,3 = 59,1% |