Vraag 1
a |
Teken in één grafiek:
|
b |
Teken in één grafiek:
|
Vraag 2
Een producent op een markt van volkomen concurrentie kan zijn product verkopen voor € 15.
Het bedrijf heeft de volgende constante kosten per week:
- Huur € 1200
- Afschrijvingen machines € 400
- Rentelasten € 250
Daarnaast heeft het bedrijf de volgende variabele kosten per product:
- Loonkosten € 5
- Grond- en hulpstoffen € 2
- Verpakking en verzendkosten € 1
Het bedrijf kan maximaal 500 producten per week maken.
a |
Stel een totale kostenfunctie op voor dit bedrijf. |
b |
Stel een totale opbrengstenfunctie op voor dit bedrijf. |
c |
Teken in één grafiek de TK-lijn en de TO-lijn. |
Vraag 3
Een producent op een markt van volkomen concurrentie heeft proportioneel variabele kosten.
Van dit bedrijf zijn de volgende gegevens bekend:
2014 | 2015 | |
---|---|---|
Totale opbrengst | ? vraag 3b ? | € 221 mln. |
Totale kosten | € 120 mln. | € 130 mln. |
(Evenwichts)prijs | € 125 | € 130 |
Afzet | 1,5 mln. | ? vraag 3c ? |
a |
Wat zijn proportioneel variabele kosten? |
b |
Bereken de omzet van het bedrijf in 2014. |
c |
Bereken de afzet van het bedrijf in 2015. |
d |
Bereken de variabele kosten per product. |
e |
Bereken de totale constante kosten van het bedrijf. |
f |
Stel een TO-functie en een TK-functie op voor het bedrijf voor het jaar 2015. |
g |
Teken deze twee lijnen in één grafiek. |