Vraag 1
Max mag van zijn ouders een verjaardagsfeestje geven. Hij krijgt € 20 om chips en frisdrank te kopen.
Een zak chips kost (gemiddeld) € 0,89 en een fles frisdrank € 1,19.
a |
Teken de budgetlijn van Max, waarbij je de chips op de y-as zet. |
b |
Stel de budgetfunctie op. |
c |
Wat zijn de opofferingskosten voor een extra fles frisdrank? |
Vraag 2
Iedereen ervaart een spanning tussen inkomen en vrije tijd. Om drie uur minder per dag te werken moet je € 75 opofferen.
a |
Wat zijn de opofferingskosten van een uur vrije tijd? |
b |
Neem onderstaande grafiek over en teken de budgetlijn erin. |
c |
Door een loonsverhoging nemen de opofferingskosten van een uur vrije tijd toe tot € 30. |
d |
Indien je € 360 wilt verdienen. Hoeveel bedragen dan de opofferingskosten? |