Vraag 1

Gegeven de balans van een bedrijf op 31 december 2021:

In januari 2022 komen de volgende financiële feiten voor:

A 6 januari Goederen op rekening verkocht voor € 12.800;
de inkoopwaarde hiervan bedroeg € 8.750
B 8 januari Goederen verkocht voor € 6.690, die door de klant direct giraal werden afgerekend ;
de inkoopwaarde hiervan bedroeg € 4.670
C 15 januari Per bank € 5.920 betaald aan crediteuren
D 18 januari € 8.230 per bank ontvangen van debiteuren
E 26 januari Aan diverse kosten betaald per bank: € 3.640
30 januari € 4.000 aflossing van de hypothecaire lening betaald per bank.
 a

Bij de transactie op 15 januari geldt:

  1. Er alleen bezittingen worden gewisseld
  2. Er komen nieuwe bezittingen bij, waardoor het totale vermogen van het bedrijf stijgt
  3. Er verdwijnen bezittingen, waardoor het totale vermogen daalt
  4. Het eigen vermogen in het bedrijf wordt kleiner
b

Bij de transactie op 18 januari geldt:

  1. Er alleen bezittingen worden gewisseld
  2. Er komen nieuwe bezittingen bij, waardoor het totale vermogen van het bedrijf stijgt
  3. Er verdwijnen bezittingen, waardoor het totale vermogen daalt
  4. Het eigen vermogen in het bedrijf wordt groter
c

Bij de transactie op 26 januari geldt:

  1. Er alleen bezittingen worden gewisseld
  2. Er komen nieuwe bezittingen bij, waardoor het totale vermogen van het bedrijf stijgt
  3. Er verdwijnen bezittingen, waardoor het eigen vermogen daalt
  4. Geen van allen
d

Schrijf van elke financieel feit op welke balansposten veranderen en hoeveel (+ / -).
Doe het als volgt:

  Post X + € 2.000 (Debet)
  Post Y + € 2.000 (Credit)

e

Stel de balans van 31 januari op, nadat al deze gegevens verwerkt zijn.

f

Hoeveel winst/verlies heeft het bedrijf gemaakt in januari? Verklaar je antwoord.

Vraag 2

Mathilde wil haar eigen kleinschalige vergaderlocatie beginnen. Hoge kwaliteit, goede service en lekker eten moet haar bedrijf MEET onderscheiden van andere aanbieders.

Verwerk in onderstaande Excel-opdracht de gevraagde balansmutaties.
Je kunt steeds pas verder nadat je de eerdere vragen foutloos hebt verwerkt.

Vraag 3

Gegeven de balans van een bedrijf op 1 januari 2020:

In januari doen zich de volgende financiële feiten voor:

A 4 januari Er worden goederen verkocht voor € 40.780;
de inkoopwaarde hiervan bedroeg € 32.120
De helft wordt op rekening verkocht. De andere helft wordt direct giraal betaald.
B 12 januari Er worden nieuwe voorraden op rekening gekocht voor € 35.000
C 15 januari Er wordt € 1.800 rente betaald over de banklening
D 21 januari Een machine die voor € 10.000 op de balans staat, wordt voor € 6.500 verkocht.
De koper betaald direct per bank.
E 27 januari Per bank € 15.180 betaald aan crediteuren
31 januari Dividenduitkering aan de aandeelhouders per bank voor € 20.000
a

Schrijf van elke financieel feit op welke balansposten veranderen en hoeveel (+ / -).
Doe het als volgt:

  Post X + € 2.000 (D)
  Post Y + € 2.000 (C)

b

Stel de balans van 31 januari op, nadat al deze gegevens verwerkt zijn.

Vraag 1

a

C

b

A

c

E

d
A Debiteuren
Voorraden
Eigen Vermogen
+ € 12.800 (D)
– € 8.750 (D)
+ € 4.050 (C)
B Bank
Voorraden
Eigen Vermogen
+ € 6.690 (D)
– € 4.670 (D)
+ € 2.020 (C)
C Bank
Crediteuren
– € 5.920 (D)
– € 5.920 (C)
D Bank
Debiteuren
+ € 8.230 (D)
– € 8.230 (D)
E Bank
Eigen Vermogen
– € 3.640 (D)
– € 3.640 (C)
Bank
Hypothecaire lening
– € 4.000 (D)
– € 4.000 (C)
e

Zet per balanspost de plussen en minnen vanuit vraag (a) achter elkaar. Verwerk het daarna in de balans.

f

Het eigen vermogen is gegroeid met € 2.430
Dat wil zeggen dat de eigenaren meer bezittingen hebben die gefinancierd zijn met hun vermogen. Dat is de winst die de onderneming deze periode heeft gehaald.

Vraag 3

a
A Bank
Debiteuren
Voorraden
Eigen Vermogen
+ € 20.390 (D)
+ € 20.390 (D)
– € 32.120 (D)
+ € 8.660 (C)
B Voorraden
Crediteuren
+ € 35.000 (D)
+ € 35.000 (C)
C Bank
Eigen Vermogen
– € 1.800 (D)
– € 1.800 (C)
D Machine
Bank
Eigen Vermogen
– € 10.000 (D)
+ € 6.500 (D)
– € 3.500 (C)
E Bank
Crediteuren
– € 15.180 (D)
– € 15.180 (C)
Bank
Eigen Vermogen
– € 20.000 (D)
– € 20.000 (C)
b

print