2.2 Eenmalige verhoogde vrijstelling

Iemand mag (slechts) één keer in zijn leven gebruik maken van één van de onderstaande verhoogde vrijstellingen op een schenking.
Wanneer eenmaal gebruik gemaakt is van een verhoogde vrijstelling, kan er nooit meer een beroep gedaan worden op een andere vrijstelling. Zelfs niet als deze afkomstig is van een andere schenker.
Is de schenking lager dan de maximale vrijstelling, vervalt de rest. In de toekomst kan het overgebleven deel van de vrijstelling dus niet alsnog gebruikt worden.

De verhoogde vrijstelling mag ook niet gecombineerd worden met de (normale) jaarlijkse vrijstelling.

Ouders mogen een kind eenmalig een hoger bedrag belastingvrij schenken, waarbij het kind zelf mag bepalen waaraan het ontvangen geld besteed wordt. Het is daarbij wel zo dat het kind in datzelfde jaar niet óók nog op de jaarlijkse vrijstelling aanspraak kan maken. Of zoals de belastingdienst het in zijn historische slogan al zei: “Leuker kunnen we het niet maken”.
Het bedrag van de eenmalige algemene verhoogde vrijstelling is € 26.457 in 2020.

Indien iemand van zijn ouders of van een andere gulle gever een schenking krijgt voor de aankoop of verbouwing van een huis, is zelfs nog een hogere eenmalige vrijstelling mogelijk. In 2020 was dat een bedrag van € 103.643.
De belastingdienst accepteert deze vrijstelling overigens alleen als de schenking notarieel is vastgelegd.

Een kind kan gebruik maken van een ruimere vrijstelling bij een schenking van zijn ouders voor een studie. Voorwaarde is dan wel dat deze studie minstens € 20.000 per jaar kost, exclusief de kosten van levensonderhoud.
Ook in dit geval moeten de schenking én de kosten van de studie notarieel worden vastgelegd.
Het bedrag van de eenmalige vrijstelling voor een dure studie is € 55.114 in 2020.