uit een economisch tijdschrift (maart 2003)

Recessie in Duitsland
De Duitse economie krimpt! Het ziet er naar uit dat het volume van het nationaal product in 2003 vergeleken met vorig jaar met 1% zal dalen. Consumenten hebben weinig vertrouwen in de economie en de bedrijfsinvesteringen staan op een heel laag pitje. Terwijl in de rest van de Economische en Monetaire Unie de inflatie hoger is dan gewenst, vrezen sommige economen dat de recessie in Duitsland kan leiden tot sterk dalende inflatie in dat land (figuur 1). Er worden al vergelijkingen gemaakt met de Japanse economie, die al jarenlang te kampen heeft met recessie en deflatie. De roep om een stimulerend beleid klinkt dan ook steeds luider. De Duitse regering heeft al aangekondigd nog dit jaar een anticyclische begrotingspolitiek te gaan voeren.

figuur 1  bezettingsgraad industrie en inflatie in Duitsland

1 Leg uit dat een recessie tot deflatie kan leiden.

Tijdens een recessie dalen de bestedingen (tenminste twee kwartalen).

2 Wordt de door de economen veronderstelde samenhang tussen recessie en inflatie voor de gehele periode 1991-2002 door figuur 1 ondersteund? Verklaar het antwoord.

De bezettingsgraad geeft aan hoeveel procent van de productiecapaciteit wordt gebruikt. Een dalende bezettingsgraad duidt dus op dalende bestedingen.

De Duitse regering pleitte in 2003 in Europees verband voor een renteverlaging.

3 Hoe blijkt uit de tekst dat in 2003 van de Europese Centrale Bank geen renteverlaging mocht worden verwacht? Verklaar het antwoord.

De Centrale Bank gebruikt de rente om bestedingsinflatie te bestrijden.

In hetzelfde tijdschrift werd in februari 2004 tabel 1 gepresenteerd.

tabel 1  ontwikkeling Duitse economie

  2001 2002 2003
volume nationaal product 1) 3,0 1,6 0,5
bedrijfsinvesteringen 1) 2,3 -4,8 -3,2
consumptieve bestedingen 1) 1,4 1,2 0,3
uitvoer 1) 13,2 4,7 4,2
financieringssaldo overheid 2) 1,2 -1,8 -3,5

1) procentuele mutatie ten opzichte van het voorafgaande jaar
2) procenten van het nationaal product

4 Leg uit dat de ontwikkeling van het financieringssaldo van de Duitse overheid in de periode 2001-2003 mede het gevolg kan zijn geweest van de volume-ontwikkeling van het nationaal product.

Wat is de relatie tussen groei van het Nationaal Product/Inkomen en de overheidsbegroting (B-O)?

5 Hoe blijkt uit de vergelijking van de tekst met tabel 1 dat de aangekondigde anticyclische begrotingspolitiek mogelijk reeds in 2003 vruchten heeft afgeworpen? Verklaar het antwoord.

Met anti-cyclisch begrotingsbeleid probeert de overheid met haar begroting de conjunctuurgolf tegen te werken.

1

Een antwoord waaruit blijkt dat er in een recessie sprake is van vraaguitval hetgeen bedrijven ertoe kan brengen hun prijzen te verlagen om zo de afzet op peil te houden.

Opmerking: 0 punten indien in het antwoord de aspecten vraaguitval en prijsverlaging niet zijn verwoord.

2

Nee
Een verklaring waaruit blijkt dat volgens figuur 1 een dalende bezettingsgraad (wat kan duiden op een recessie) in de periode 1991-1994 gepaard ging met een stijgende inflatie / in de periode 2000-2002 gepaard ging met een tamelijk stabiele inflatie.

3

Uit het feit dat in de rest van de EMU de inflatie hoger is dan gewenst.
Een verklaring waaruit blijkt dat de ECB de bestedingen zou moeten stimuleren met een renteverlaging en dat die renteverlaging de inflatie in de rest van de EMU verder zou kunnen verhogen.

4

Een antwoord waaruit blijkt dat een afnemende groei van het nationaal product kan leiden tot tegenvallende belastingontvangsten / tot stijgende overheidsuitgaven in verband met groeiende werkloosheid.

5

Een antwoord waaruit blijkt dat in maart 2003 nog werd verwacht dat in Duitsland het volume van het nationaal product (met 1%) zou krimpen terwijl volgens tabel 1 het volume van het nationaal product in 2003 achteraf (met 0,5%) blijkt te zijn gestegen.

print