Vraag 1
Een marktonderzoekbureau huurt een aantal studenten in om onderzoek te doen naar de betalingsbereidheid van mensen voor een product. De studenten krijgen daarvoor een foto van het product en moeten willekeurig mensen naar hun betalingsbereidheid vragen.
Femke is één van de studenten die de straat op gaat en mensen bevraagt. Helaas heeft zij na twee uur nog steeds maar acht reacties:
a |
Wat is de definitie van het begrip ‘betalingsbereidheid’? |
b |
Zet de onderzoeksgegevens van Femke om in een staafgrafiek waarmee je de totale vraag bij een bepaalde prijs kunt aflezen. |
c |
Hoeveel bedraagt de collectieve vraag naar dit product bij een prijs van € 2,25? Geef in de grafiek aan hoe je dat kunt aflezen. |
Vraag 2
Teken onderstaande vraaglijnen.
Zorg daarbij ook voor een goede assenverdeling.
Teken in ieder geval a, b en c (en teken ook d, e en f wanneer je het lastig vindt).
a |
Qv = -5P + 100 |
b |
Qv = -0,2P + 75 |
c |
Qv = -20P + 4.500 |
d |
Qv = -25P + 400 |
e |
Qv = -0,6P + 1.200 |
f |
Qv = -4P + 800 |
g |
Geef in de grafiek van vraag c aan hoeveel de totale vraag is bij een prijs van € 75. |
h |
Bereken met behulp van de formule de totale vraag die je zojuist bij vraag g in de grafiek hebt getekend. |
i |
Bereken voor vraag f hoeveel de collectieve vraag is bij een prijs van € 1,12. |