Onderstaande gebeurtenissen hebben allemaal invloed op internationale geldstromen.
Die internationale geldstromen houden we bij op de BetalingsBalans en hebben gevolgen voor de wisselkoers van de betreffende landen.
vraag a BETALINGSBALANS NL |
vraag b VALUTAMARKT € |
|||
---|---|---|---|---|
Gebeurtenis | Deelrekening | Ontvangst/Betaling (↑ / ↓) |
Vraag/Aanbod € (↑ / ↓) |
Wisselkoers € (↑ / ↓) |
Door een handelsembargo van Rusland exporteert de Nederlandse bloemenhandel minder bloemen naar Rusland. | ||||
De rente in de VS begint te stijgen, waardoor beleggers meer geld naar de VS verplaatsen. | ||||
Nederlanders gaan dit jaar meer op vakantie in het buitenland. | ||||
De inflatie in Nederland is extreem laag, hetgeen gunstig is van de concurrentiepositie van Nederlandse bedrijven. | ||||
Omdat de wereldeconomie aantrekt, ontvangen Nederlandse multinationals meer winst uit hun buitenlandse ondernemingen. | ||||
Door een toename van het consumentenvertrouwen gaan Nederlandse consumenten meer lenen en meer kopen. |
a | Neem bovenstaande tabel over en vul eerste twee kolommen in: wat verandert er op de Betalingsbalans? |
b | Vul vervolgens de laatste twee kolommen in: wat gebeurt er op de Valutamarkt? |